Het VETree project

 

Achtergrond

Veteraanbomen zijn bomen in hun laatste levensfase, vol holtes en dood hout. Ze hebben een zeer hoge ecologische en historische waarde en vragen een apart beheer. De ecologische waarde van veteraanbomen blijkt uit de belangrijke rol die ze spelen in verscheidene Natura 2000 habitats en voor vele door Natura 2000 beschermde soorten. Omdat het per definitie eeuwen duurt om veteraanbomen te vervangen, is het beheer van bestaande veteraanbomen van cruciaal belang. Minstens het in leven houden van de bomen tot er een volgende generatie veteraanbomen voorhanden is, is van levensbelang.

De snelle evolutie in de economische, landbouwkundige en bosbouwkundige sector gedurende de voorbije eeuwen heeft geleid tot een drastische verandering in het landgebruik. Na eeuwen van actief beheer voor brandhout of veevoeder werden op het platteland miljoenen knotbomen verwaarloosd. Bomen werden niet langer geknot, raakten overgroeid door bos of werden gekapt om plaats te maken voor de landbouw. Dit proces zet zich nog steeds voort (dikwijls met Europese landbouwsubsidies) in bepaalde landen en streken van Europa (van de VETree-partnerlanden vb. in Spanje en Roemenië). In meer stedelijke gebieden worden veteraanbomen dikwijls beschadigd of gekapt onder het mom van veiligheid. Deze acties hebben geleid tot een enorme daling van de oppervlakte van veteraanbomen-ecosystemen in heel Europa en het daarmee gepaard gaande verlies aan kennis en beheertechnieken.

Beheerders van veteraanbomen botsen op nieuwe uitdagingen: verwaarloosde knotbomen hebben geen historisch precedent (ze werden in het verleden steeds beheerd in een min of meer regelmatige cyclus) en met de verscherpte focus op veiligheid moeten veteraanbomen al te vaak gesnoeid worden in plaats van de natuur zijn gang te laten gaan. Het Ancient Tree Forum (ATF, projectpartner uit het Verenigd Koninkrijk) heeft de laatste jaren heel wat kennis en expertise verzameld over het beheer van veteraanbomen en heeft experimenten opgezet om nieuwe beheertechnieken te ontwikkelen. Met het VETree project willen we het leerproces in andere landen ‘kortsluiten’, zodat we niet opnieuw de fouten uit het verleden maken waardoor er veteraanbomen verloren gaan. Tijdens de bezoeken van het ATF in de UK en andere Europese landen lieten boombeheerders, landeigenaars, ecologen, … weten nood te hebben aan opleiding in beheer van veteraanbomen. Ook de andere projectpartners detecteerden in eigen land gelijkaardige noden tijdens boomverzorgingsopleidingen of adviesverlening. Dit leidde in het verleden tot lokale initiatieven doorheen Europa, maar er was duidelijk nood aan het verzamelen van innovatieve beheertechnieken, aan gratis en hapklaar cursusmateriaal en aan het organiseren van training in heel Europa.

Hoofddoelstelling van het VETree project

De hoofddoelstelling van dit project is het zo breed mogelijk verspreiden van de kennis over het beheer van veteraanbomen. Innovatieve beheertechnieken moeten hun weg vinden naar alle belanghebbenden die geïnteresseerd zijn in veteraanbomenbeheer: landeigenaars, landbouwers, bosbouwers, ecologen, consultants, boomverzorgers en –beheerders (zowel private als publieke). Een tweede, indirecte doelstelling is om bij beleidsmakers (zowel nationaal als op Europees niveau) de tegenstrijdige wetgeving (vb. landbouwbeleid vs. beheer van veteraanbomen) aan te kaarten door hun bewust te maken van de waarde van en de bedreigingen voor veteraanbomen .

Om deze doelstellingen te bereiken mikken we in eerste instantie op lesgevers (in boomverzorging, ecologie, landbouw,… ). Door 15-20 lesgevers te trainen in beheer van veteraanbomen in de 5 partnerlanden en door hen te voorzien van degelijk cursusmateriaal (presentaties, video’s, case studies, handboeken,…), zullen ze in staat zijn om zelfstandig een eendaagse basiscursus over het beheer van veteraanbomen te geven. Deze eendaagse opleiding kan deel uitmaken van een bestaande beroepsopleiding (zoals vb. de Tree Worker opleiding van Inverde) of kan op zich gegeven worden (vb. voor landbouwers of landeigenaars). Op deze manier zal het multiplicatoreffect ervoor zorgen dat we op termijn een zo breed mogelijk publiek bereiken. Ook verzekeren we hiermee de implementatie van de projectresultaten na het project. Om er zeker van te zijn dat het cursusmateriaal tegemoet komt aan de verwachtingen van onze doelgroepen, wordt de basiscursus getest in pilootopleidingen in België en Roemenië (de kennis importerende landen).

Concrete doelstellingen van het project

Lesgevers zullen gedurende een 3-daagse workshop worden opgeleid tot een gevorderd niveau in veteraanbomenbeheer. Deze workshop zal ook een educatieve component omvatten. Met deze opleiding voor gevorderden komen we bovendien tegemoet aan de noden van belanghebbenden in ‘kennis exporterende’ landen (UK, Zweden, Spanje) die al een basiskennis hebben in het beheer van veteraanbomen. De lesgevers zullen gebruik kunnen maken van gespecialiseerd technisch materiaal (handboek, case studies,…) en hapklaar cursusmateriaal in hun eigen taal (het cursusmateriaal zal beschikbar zijn in 6 talen: Engels, Nederlands, Roemeens, Zweeds, Spaans en Baskisch). Voor ondersteuning kunnen ze terecht op de website, waar eenvoudige e-learning tools en videomateriaal beschikbaar zullen zijn. Via een mentorsysteem zullen lesgevers specialisten kunnen raadplegen (zowel tijdens als na afloop van het project). Via deze website worden de fundamenten gelegd voor de totstandkoming van een European Veteran Tree Network (minstens informeel en in de 5 partnerlanden), dat een platform zal bieden voor de uitwisseling van kennis over het beheer van veteraanbomen.

Verloop van het project

In de loop van het project werd alle opleidingsmateriaal getest in piloot-workshops. De basisopleidingen zijn getest in 2013, de 'Train the trainers' opleidingen vonden plaats in de loop van 2014.